Ter overdenking 288

Jan Blokker schreef in NRC Handelsblad (19-09-07) dat hij dit jaar tijdens de troonrede in slaap is gevallen. Een fragment uit zijn column: “Ik heb er tegen gevochten. Maar tevergeefs. De helft van de toespraak is mij ontgaan. Terwijl Beatrix toch zoals gewoonlijk helder en gearticuleerd voorlas, geen klemtoon verwaarloosde, elke nieuwe alinea in acht nam, haar pauzes even zorgvuldig koos als de frequentie waarin ze zo nu en dan van haar papier opkeek, en hier en daar een ademophaal plaatste alsof ze wilde aangeven dat de volgende zin extra betekenis beloofde te hebben in vergelijking met de vorige. Maar elke volgende zin van het staatsstuk waaraan ze haar retorische gaven schonk, betekende in werkelijkheid precies hetzelfde als de vorige, te weten niets.
Ik heb het over taal, stijl, woordkeus, zinsbouw. Politiek laat ik er buiten. Maar als van zin 1 (‘Ons land heeft veel dat hoop geeft en vertrouwen’), via zin 9 (’ Ons land staat voor aanzienlijke opgaven’) en zin 95 (‘Ons land blijft zich inzetten in de strijd tegen armoede’) tot en met zin voorlaatst (“Ons land kent een grote en rijke verscheidenheid’) de staat van het land wordt geschetst in een soort proza dat doet denken aan het proces-verbaal van een mistroostige koddebeier – dan kan het met de bijbehorende politiek ook nooit veel voorstellen.
Je hebt mensen, zoals Femke Halsema en Jan Marijnissen, die weliswaar in de oppositie zitten, maar die het kabinet niettemin een zeker voordeel van de twijfel gunnen – omdat er sinds maart wordt meegeregeerd door de enigszins linkse Partij van de Arbeid en de enigszins sociale ChristenUnie. Maar zien zulke mensen dan over het hoofd dat Balkenende nog steeds de dienst uitmaakt, de toon zet en de bloedeloze, uitgedroogde, krenterige en van elke betekenis ontdane zinnen voor de koningin schrijft?”
Blokkers typering is als steeds haarscherp, maar hij weet natuurlijk ook dat lang voordat Balkenende aan het bewind was journalisten in koor klaagden over het hoge gaapgehalte van de troonrede. Martin van Amerongen had het jaren geleden in De Groene Amsterdammer al over “een ambtelijke woordenbrij met de inspirerende werking van zaaddodende pasta.”
Een hilarische parodie op dat kurkdroge ministeriële proza schreef Remco Campert in 1998 in de Volkskrant, door mij regelmatig herlezen en opgenomen in Ter overdenking 50. Nooit overtroffen.
Verklaring
Met dankbaarheid mogen we vaststellen dat het goed gaat met ons huis sinds we er wonen. Toch is er ook reden tot zorg. In een veranderende wereld die steeds kleiner wordt moeten we ervoor waken dat ons huis niet te groot wordt. Drie trefwoorden daarbij zijn mogelijkheid, meetbaarheid en malle miep. Met grote voortvarendheid zijn in de achter ons liggende periode de ramen gelapt. Een transparante visie ligt nu binnen bereik, maar een van de hoofdopgaven is toch om in de alom aanwezige dynamiek telkens de juiste balans te vinden en te bewaren. Er zal in verantwoordelijke samenspraak gezocht worden naar een keukentrap die tot op de bovenste sport het evenwicht garandeert en die van een dergelijke makelij is dat hij tot ver in de volgende eeuw meekan. In het traject van ons denken en handelen nemen de trefwoorden houdbaarheid, hanteerbaarheid en hopsakee een vooraanstaande plaats in.
Een bron van ernstige zorg blijft de duivenpoep op het balkon. Onze inzet is om deze met kracht aan te pakken en terug te dringen. Het balkon moet worden teruggegeven aan de bewoners. In zorgvuldige en slagvaardige besluitvorming is besloten de tuin te bestraten teneinde hier op verantwoorde wijze een auto te kunnen parkeren. Om een goede samenhang met het milieu te verkrijgen zal er tussen de stenen gras worden gezaaid alsmede paardebloemen. In het schrobben niet alleen van ons eigen stoepje, maar ook van dat van de buren moeten we niet schromen een voorbeeld te zijn.
De regel dat aan de deur niet gekocht wordt zal gehandhaafd blijven. Ook rijwielen worden verwijderd.
Kunst en cultuur zijn van onmisbare waarde in ons leven. Extra gelden zullen worden vrijgemaakt voor de aanschaf van een kalender met reproducties van Van Gogh.
Remco Campert

Categorieën:Overdenkingen