Marginalia 07

Reflecties en oprispingen
Januari 2017

Memorabele radio
Nieuwjaarsdag hoorde ik via de VPRO-radio de stem van een hoorspelacteur/nieuwslezer aan wie ik jaren niet meer had gedacht: Donald de Marcas. Een man die zijn radiocarrière begon in de jaren vijftig en honderden rollen zou spelen. Van 1980 tot zijn pensionering in 1998 was hij bovendien de dagelijkse stem van de “Radionieuwsdienst, verzorgd door het ANP”. Bij mij roept zijn naam vooral herinneringen op aan de hoorspelseries Paul Vlaanderen en het (vul maar in) mysterie. De hoofdrolspelers waren Jan van Ees (Paul) en Eva Janssen (Ina). Hun huisknecht Donald de Marcas (Charly) werd populair door zijn stopwoord ”Okidokie!”.
Daarover ging het niet in het VPRO-programma van 1 januari. Donald de Marcas, die opgroeide in een Joods gezin, vertelde dat hij tijdens de bezettingsjaren, zonder zijn ouders, twee en een half jaar ondergedoken was bij een gereformeerde predikant, ds. Dijk. Ook zijn ouders wisten de oorlog te overleven. Alle overige familieleden werden gedeporteerd; geen van hen keerde terug. Wat mij emotioneerde was dat ik dit verhaal nu pas in 2017 hoorde. Ik realiseerde mij weer eens dat er in die naoorlogse jaren nauwelijks werd gesproken over de holocaust. En de overlevenden lieten ook maar weinig van zich horen. Wel herinner ik mij dat ze bezwaar maakten tegen het optreden van de Joodse Max Tailleur die in 1952 – dus nog maar kort na de oorlog – aan het Rembrandtplein het cabaret De Doofpot begon en iedere avond met veel succes zijn Sam-en-Moosmoppen debiteerde. Men vond die platvloers en soms zelfs racistisch. Voor de jongere lezer: Max Tailleur wist tijdens de bezetting naar Zwitserland te ontsnappen. Na de bevrijding werd hij o.a. tekstschrijver voor cabaretiers en revue-artiesten als Snip en Snap.
Wat de verstrooiende radioprogramma’s uit die tijd betreft, herinner ik mij dat vooral de NRCV uitmuntte door onversneden truttigheid. Een schoolvoorbeeld vormde de familiecompetitie, een wedstrijd waarbij spelleider Gerard Hoek zich op een afgelegen boerenhoeve ophield om een landbouwer met zijn gezin op parate kennis te testen. Op de vraag: “Waardoor is Kampen bekend geworden?” kreeg hij eens het antwoord: kamperfoelie. Dan was er Johan Bodegraven, die de zogeheten Ster-avonden presenteerde. De tune werd gezongen door Henk Dorel. Eerste regel: Leg kous en krant vanavond maar aan kant. Ik heb nooit meer dan 2 minuten van het programma gehoord.
De AVRO zorgde voor vergelijkbaar vermaak wanneer Ida de Leeuw-van Rees de rubriek Met naald en draad voor u paraat verzorgde. Hoogtepunt vormde haar op schrille toon gebrachte advies: ‘Dames, denkt u ook aan het bustenaadje?’ Voor mij overbodig want ik dacht nergens anders aan.
Vrouwen kwamen overigens bij de AVRO niets te kort, want in 1948 startte om 10.30 uur een wekelijks programma onder het veelbelovende motto Als de stofzuiger zwijgt.
Voor een bijzonder geluid zorgde ook Mia Smelt, die vanaf 1949 tot eind 1974 voor de KRO het populaire programma Moeders wil is wet presenteerde. Aan het begin van de uitzending klonk: “Tot tien uur bent U, huisvrouwen van Nederland, weer de baas in etherland”. In de beginperiode waren niet alle onderwerpen geschikt om een emancipatorische visie uit te dragen. Dat zal ongetwijfeld zijn gebleken toen het onderdeel Van vingerhoed tot strijkplank uit de 25-delige Baedeker voor de vrouw werd besproken. Maar later ging Mia actuele kwesties niet uit de weg en kwamen ook homoseksualiteit en abortus aan de orde. Buiten haar programma’s maakte ze geen geheim van haar lesbische geaardheid. Bekend werd ook dat ze een relatie had met een journaliste van Trouw. Dit alles vormde voor Paus Johannes II overigens geen beletsel Mia Smelt op 85-jarige leeftijd te benoemen tot Ridder in de Orde van de Heilige Paus Sylvester. Antoine Bodar werd kennelijk niet geraadpleegd.

————————————————————————————————————

Op mijn lijst van memorabilia staat ook de Evangelische Omroep hoog genoteerd. In Visie, de radio en tv-gids van de EO, stond ooit een ingezonden stuk van iemand die zich opwond over de vele vloeken die via de Hilversumse zenders tot ons komen. De ondertekening was nauwelijks met droge ogen te lezen: G.v.D. te Kampen. En de toenemende ontkerstening tekende zich ook al af in een verontwaardigd getoonzette ingezonden brief in het Utrechts Nieuwsblad waarin de inzender klaagde over het op zondagmorgen vroeg luiden van de kerkklokken in zijn buurt met de opmerking: dat Jezus is opgestaan betekent toch niet dat wij allemaal moeten opstaan?

Categorieën:Marginalia