Ter overdenking 68

Volgens Rob Agerbeek is er ook een Chinese toonladder voor lesbiennes: do-re-bamihoen-la-dildo

Louis van Dijk: Recensenten recenseren
Wat ze zelf [1] niet presteren
Hiertegen kan worden opgemerkt: ‘Je hoeft geen eieren te kunnen leggen om te weten hoe ze moeten smaken.’
Maar Hendrik Andriessen hield zijn publiek voor: ‘Mondharmonica spelen is een hogere bezigheid dan luisteren naar de Mattheüs Passion.’
Voor Toots Thielemans gaat dit zeker op.

De stuitende taferelen rondom mond- en klauwzeer brachten de krekels in NRC/Handelsblad ertoe kardinaal Simonis de volgende tekst in de mond te geven:
“Brandstapels? Daar moet ik bij zijn.”

Voordat de in december 2000 overleden schrijver Frits Hotz als schrijver beroemd werd, was hij in kleine kring bekend als trombonist en arrangeur. Door een oogziekte beschikte hij op jeugdige leeftijd nog maar over een beperkt gezichtsvermogen. Tegen het eind van zijn leven was hij volledig blind. Het Nederlands Jazzarchief herdacht in het maartnummer 2001 van het NJA-bulletin Frits Hotz als jazzmusicus. Uit dit in memoriam de volgende anekdote:
“Trombonist Frits Hotz verzorgde aan het eind van de jaren vijftig met een jazzband de dansmuziek voor een studentengezelschap in Leiden. Het was de overige orkestleden opgevallen dat Frits tijdens de pauzes steeds in gesprek gewikkeld was met dezelfde blonde mollige studente. Een van de orkestleden vroeg tenslotte aan de slechtziende trombonist:
“Frits, weet je wel wie die studente is, waar je steeds mee staat te praten?”
“Geen idee”, was het antwoord.
“Het is prinses Beatrix”. deelde zijn collega hem mee.
“O” , sprak Frits toen. “Ik had al het gevoel dat ’t niks zou worden.” [2]

Ivo de Wijs, presentator van het radioprogramma Vroege Vogels, is bijzonder ad rem. Ik citeer uit het Volkskrantmagazine van zaterdag 24-03-01 de volgende aankondiging:
‘Waar blijven de windmolens die draaien op zonne-energie? Dit is Radio 1, het hijgend hert der drijfjacht ontkomen.’
Zondagmorgen, driekwart Nederland slaapt nog. Op dit vroege uur is de luisteraar meteen bij de les. Die krijgt een cocktail van wisecracks van Ivo de Wijs bij zijn beschuitje geserveerd. Plus een fijn citaat van Midas Dekkers: “De meeste kans om tegenwoordig in de stad nog een paard tegen te komen heb je in een kroket van de automatiek’.
Als tussendoor in een Triodosbank-commercial de stem van Hanneke Groenteman ons meeslepend tracht te bekeren tot ‘de hoogste onbespoten rente’, laat Ivo de Wijs zich die voorzet niet ontgaan en kopt grijnzend in: “Hóór je dat? Hanneke onbespoten Groenteman?”
En dan de versjes van – zoals de Volkskrant hem noemt – de Eco-hofnar:

Als ik ooit doodga, komt dan allemaal maar
En hou je flink of snotter, alles mag
Vooruit, laat ’t maar druk zijn en luidruchtig
Ik zorg wel voor de stilte op die dag

[1]           Voor wie aan ritme hecht, spreek uit: ‘zelluf’

[2]           NB: Beatrix studeerde van 1956 tot juli 1961 in Leiden.

Categorieën:Overdenkingen