Ter overdenking 76

De Rotterdamse imam die homosexualiteit als een ziekte beschouwt en schadelijk voor de samenleving noemt, ziet bovendien als gevaar dat de bevolking zal uitsterven. Dit laatste lijkt mij overdreven. Ik breng de trouwe lezer Overdenking 20 in herinnering, met het volgende bericht:
Enkele jaren geleden vertrouwde een hoogleraar sociologie, bekend in homokringen, zijn leerlingen toe, dat naar zijn verwachting in de toekomst homofiele verhoudingen regel zouden zijn.
“En hoe moet dat dan met de voortplanting?”, wilde een student weten.
Hoogleraar: “Viezeriken hou je altijd”.

Overigens blijkt de geciteerde imam volgens een krantenbericht in Marokko een preekverbod (!) te hebben. Marokko heeft op dit punt dus een duidelijke voorsprong op Nederland. Wat een zegen zou het zijn als het honorarium van bepaalde predikanten in de vorm van zwijggeld kon worden uitgekeerd.
Maar dominee Bok in Heerde moet aan het woord blijven. Dominee Bok is deze week namelijk begonnen aan een doorlopende kerkdienst in de stal van een familie in Heerde om er de levens van een paar schapen, geiten en hangbuikzwijntjes te redden. Het is – en dat meen ik – tragisch, maar toch kunnen we niet heen om de hilarische aspecten. Dominee Bok is – het staat in Trouw – in het openbaar gekritiseerd door burgemeester Hoornstra [1]: “Dominee Bok mag de geiten proberen te redden, maar – en daar zit natuurlijk wat in – hij creëert kunstmatig een eredienst”. Hoe denkt de officier van justitie hierover? Mag de dienst worden verstoord? Het bevrijdende antwoord luidt: “Ja, er is weliswaar een kerkdienst, maar daar zijn de dieren niet bij betrokken”.
Dit laatste staat m.i. nog te bezien. Ik adviseer dominee Bok bij zijn verweer zich te beroepen op de psalmen. Men kan redeneren: “Het briesend paard moet eind’lijk sneven”(psalm 33, vers 9), maar daar staat tegenover dat dominee Bok ook psalm 104, vers 6 kan laten zingen: 

Het nuttig vee en ’t roofziek boschgediert’
Zelfs d’ezel die door woeste wouden zwiert,
Die, ongetemd, zich kreunt aan juk noch koorden
Vindt lafenis aan haar frissche boorden.

Kerkdiensten roepen tegenwoordig allerlei vragen bij mij op. In Amsterdam staat de rechter toe dat – met een beroep op de godsdienstvrijheid – in de Santo Daimekerk “geestverruimende thee’ mag worden gebruikt. En dan te denken dat wij vroeger na de dienst niet eens koffie kregen!

Uit een interview in Trouw:
Ach wat is geluk, zegt Rob Urgert in zijn cabaretprogramma. Geluk is gelul met een ‘k’.

Een nieuwe definitie van theologie: Vragen verzinnen bij antwoorden die je al hebt.

[1]        Mijn associatie uit mijn lagere-schooltijd was: “Bok., bok, bok, hoeveel horens heb ik op m’n kop”, een vraag die je tijdens het hossen op de speelplaats aan je onderliggende kameraad moest stellen, nadat je een voor hem onbekend aantal vingers achter je rug had opgestoken.

Categorieën:Overdenkingen