Ter overdenking 87

HARDNEKKIGE MISVERSTANDEN (1)
In NRC/Handelsblad waarschuwde cultuurhistoricus Thomas von der Dunk vorige week voor de gevaren van de Islam. In zijn betoog haalde hij ook de bijbel aan en sprak hij over “de Zeven Plagen van Egypte” (inderdaad met hoofdletters). Na lezing van het artikel heb ik de geschiedkundige onder verwijzing naar Exodus 7:19 tot en met 12: 33 meegedeeld dat de Egyptenaren door niet minder dan tien plagen werden geteisterd: water in bloed veranderd, kikkers, luizen, ongedierte, veepest, zweren, hagelstenen, sprinkhanen, drie dagen dikke duisternis en de dood van alle eerstgeborenen, zowel bij de mensen als bij het vee.
Wat kreeg ik als antwoord van de geleerde retour? Ik citeer: “Ik moet in de haast van het schrijven even met mijn gedachten bij de zeven vette en magere jaren zijn geweest.”
Dit excuus deed mij denken aan het bekende verhaal van de korporaal die aan zijn rekruten had verteld dat water kookt bij negentig graden. Toen er protesten kwamen was de volgende dag zijn reactie “Ik heb het nog eens nagezien; ik was in de war met een rechte hoek”.

HARDNEKKIGE MISVERSTANDEN (2)
In spannende tijden hoor je altijd weer het verhaal dat minister Colijn vlak voor de Duitse inval in een radiotoespraak zou hebben gezegd: “Gaat u maar rustig slapen ….”.
Colijn heeft ernstige fouten gemaakt, maar deze niet. Hij wenste het Nederlandse volk ooit via de microfoon een goede nachtrrust, maar dat was in 1936. Hitler bezette in dat jaar het gedemilitariseerde Rijnland. Hoe zouden Frankrijk en Engeland op die schending van het verdrag van Versailles reageren? Grote spanning in Europa. Nederland besloot om de militairen die met groot verlof zouden gaan, zoals dat heette, ‘onder de wapenen te houden’. Minister-President Colijn wees er in zijn radiotoespraak op dat men de regering later dus niet zou kunnen verwijten “dat zij gedut had op een tijd dat waakzaamheid geboden was.” En dan volgt de beroemde tekst: “Ik verzoek den luisteraar dan ook om, wanneer zij straks hun legersteden opzoeken, even rustig te gaan slapen als zij dat ook andere nachten doen. Er is voorshands geen enkele reden om ongerust te zijn.” (zie L. de Jong, deel 1, blz. 536)
We hadden inderdaad nog vier jaar de tijd.

Uit ‘Terzijde’ (Vrij Nederland)

“We zijn al zes jaar gelukkig getrouwd”
“In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst”

Bakpoeder mag, poederbak mag niet

Carnaval en Talibaan
Volgens de Brabantse carnavalsverenigingen in Den Bosch en Bergen op Zoom zijn grappen over Osama Bin Laden ‘kwetsend’ voor allochtonen. Men heeft in die plaatsen – bericht in NRC/Handelsblad van 3 november – een Talibaan-wacht (!) opgericht die streng gaat controleren op clowneske Bin Ladens. Zelf heb ik steun aan Psalm 141, vers 3, ‘enigszins gewijzigd’:
Zet Heer een Talibaan-wacht voor mijne lippen;
Behoed de deuren van mijn mond,
Opdat ik mij tot geenen stond,
Iets onbedachtzaams laat ontglippen.
Het commentaar in de NRC geef ik overigens graag door: “Wie de lachers op zijn hand probeert te krijgen met Bin-Laden maskers vliegt er in Brabant meteen uit en zo wordt carnaval een natuurgetrouwe imitatie van Afghanistan zelf.”

Categorieën:Overdenkingen